Zondagavond, ik erger me aan Tegenlicht. De verhouding tussen mens en natuur wordt benaderd door technocraten en boze boswachters. Alsof natuur een ding is waar we ons gelijk in moeten bevechten. Natuurfilosoof Matthijs Schouten spreekt als enige met liefde over onze oorsprong. De klimaatcrisis is een crisis van de machteloosheid, zegt hij. Want dat is wat we meer en meer ervaren. We voelen ons machteloos en verlamd, schuldig en alleen, niet opgewassen tegen de grote uitdagingen van deze tijd. Wat maak ik uit, in deze wereld? Doet het ertoe, dat ik er ben?

Mijn oom is een klimaatfanaat. Hij leeft afgezonderd en zelfvoorzienend in Frankrijk, weert alles wat kunstmatig is uit zijn leven, concentreert zich diep op zijn neutrale voetafdruk. Dat hij zijn familie heeft moeten verruilen voor zijn verbeten overtuigingen, is geen waardig gespreksonderwerp voor hem. Het leven doet pijn en een spiegel heeft hij ook niet.

Mijn zoon van acht vond zichzelf een geschikte cliënt voor mij, toen ik vertelde dat ik mensen hielp die zich niet goed raad wisten met hun leven. De zoektocht die hij heeft af te leggen om zijn eigen balans te vinden in deze wereld, baart me soms zorgen. Lukt het hem straks, om te ervaren dat hij ertoe doet?

Mijn buurvrouw trekt zich terug. Het grote zit ook in het kleine, tenslotte. Dus het leven krijgt steeds meer op de vierkante meter betekenis. Kinderen, feestjes, sfeer en innerlijke balans. Ik zie een verdrietig trekje rond haar mond. Wat ze mist, is context. De wereld buiten Happinez.

Mijn cliënt heeft de moed niet opgegeven. Hij strijdt fel tegen de oude orde der dingen, want vernieuwing is mogelijk. Als hij dat niet meer gelooft, heeft het leven geen zin. Zijn ogen schieten vuur, tot ik hem persoonlijke vragen stel. Dan wordt hij verlegen.

Mijn blik gaat over de mensenmassa op station Amsterdam. Ik zie de toenemende dichtheid van al die mensen die onderweg zijn. Ik zie bedrijfspanden vol adrenaline, de wereldjes op zich. Ik zie de zucht naar feiten binnen de wetenschap. De burn-outs, de depressies. De systemen die de mensen niet meer dienen, de politieke ordening, de kou van de kunstmatigheid, de topzware hoofden op pootjes, de acceleratie, de eenzaamheid en de angst voor de dood.

Het is november en het regent. En ik, ik weet het ook niet. Ik zocht, keerde alles binnenstebuiten, kwam steeds weer terug bij mezelf. Langzaam werd het stiller en leerde ik luisteren. Ook ik probeer een stem te vinden in dit massale koor. Ik probeer gezond te zijn en de wereld iets terug te geven. Ik ontdek hoe moeilijk het is om je hart werkelijk open te houden. Ik probeer de moed niet op te geven en trouw te blijven aan een bedoeling van alles. Ik probeer toe te laten wat er allemaal is en rijkdom te ervaren. Wat maak ik uit? Dat maak ik uit. Precies dat.